maandag 29 oktober 2012

Boekverslag 1 klas 5: De kroongetuige - Maarten 't Hart

29-10-2012
Boekverslag 1, Marc de Mik 5B

Leesverslag algemeen
 
Algemene informatie

Standaardtitelbeschrijving

·         Titel: De kroongetuige

·         Auteur: Maarten ’t Hart

·         Uitgave: Wolters Noordhoff ‘Penta Pocket’, Groningen 2000

·         Druk: 1983

·         Pagina’s: 207 (223 incl. bijlage)


Genre
Misdaadroman (’t Hart zelf noemt het een huwelijksroman)

Samenvatting
Leonie en Thomas Kuyper hebben een kinderloos huwelijk. Vooral Leonie lijdt daaronder. Eind juli logeert ze een week bij haar moeder om een beroemde gynaecoloog uit haar geboortestad te consulteren. In die week gaat Thomas veel uit met Jenny Fortuyn, een meisje uit de bibliotheek met wie hij daarvoor al kennis gemaakt had. Na hun laatste avond verdwijnt zij spoorloos. Kuyper krijgt op het laboratorium (hij doet daar dierproeven) bezoek van de inspecteurs Lambert en meuldijk. Later komt Lambert ook bij hem thuis. De aanwijzingen van Kuypers betrokkenheid stapelen zich op en het politieonderzoek eindigt met zijn arrestatie. Men vermoedt, dat hij Jenny gedood heeft en door de ratten heeft laten opeten.

In een brief bekent Thomas aan Leonie zijn verliefdheid op het meisje; hij zegt dat hij vooral onder de indruk was van haar spiegelbeeld. Hij vertelt, dat hij op haar kamer boven de bibliotheek ook haar vriend Robert ontmoet hij naar Amerika vertrok. Leonie, die overtuigd is van Thomas' onschuld, veronderstelt in een antwoordbrief, dat Jenny met Robert is meegegaan.

In een dagboek noteert Leonie haar wedervaren sinds Thomas' arrestatie. Ze wil bewijzen, dat haar man niets met de moord te maken heeft, en gaat daartoe zelf op onderzoek uit. Daarbij wordt ze voortdurend gepijnigd door de gedachte, dat Thomas wellicht met Jenny naar bed geweest. Ze kan dat nauwelijks accepteren. Ze bezoekt de man die tegenover het laboratorium woont en die beweert, dat Thomas en Jenny die nacht samen naar binnen zijn gegaan en dat hij alleen naar buiten gekomen is. Ze komt in aanraking met Jenny' s vriendin, die vertelt, dat Jenny met iedereen vrijde op wie ze maar een beetje viel. Echt dol was ze echter op Robert. Met Thomas was ze zeker niet naar bed geweest, maar ze wilde wel iets van hem; ze kon hem ergens voor gebruiken. Leonie ontdekt tijdens dit bezoek aan de vriendin ook dat inspecteur lambert Jenny al gekend moet hebben voor het onderzoek naar haar verdwijning begon. Hierna heeft ze een gesprek met de oude buurvrouw van Robert en diens vrouw, die volhoudt, dat het sneeuwde, toen de twee vertrokken. Tijdens een gesprek met Lambert - hij deelt haar mee, dat de kleren van Jenny in het laboratorium teruggevonden zijn - moet ze opeens denken aan een filmpje dat Thomas vroeger met zijn jaargenoten gemaakt heeft: 'moord in het museum'. Naar aanleiding daarvan gaat ze de volgende dag in het laboratorium op onderzoek uit. In een grote pot waarin twee zeekoeien - dieren die een wonderlijke gelijkenis met mensen vertonen - op alcohol worden bewaard, bevindt zich ook het lichaam van de vrouw. Leonie moet nu wel aannemen, dat Thomas schuldig is. Tijdens het proces blijkt het getuigenis van de kroongetuige - de man tegenover het laboratorium - op niets te berusten. Thomas wordt een paar weken later dan ook vrijgesproken.

Eenmaal thuis hoort hij van Leonie over de vrouw in de pot. Hij bezweert haar, dat ze zich vergist moet hebben. Dat blijkt niet zo te zijn, maar het lichaam is niet van Jenny, maar van de vrouw van Robert. Robert en Jenny hebben haar omgebracht en haar lijk tussen de zeekoeien verborgen. Daarna zijn ze waarschijnlijk samen naar Amerika vertrokken. Aan het eind van de roman zijn veel raadsels opgelost: Thomas' voortdurend zwijgt, Lamberts betrokkenheid bij Jenny, de 'sneeuw' is augustus, datgene waar Jenny Thomas voor nodig had. Toch is niet ieder detail tot klaarheid gekomen. Op het psychologische vlak blijven er genoeg raadsels over om van een min of meer open einde te kunnen spreken.

 
Verwachtingen

Toen ik een boek ging uitzoeken voor dit boekverslag, viel mijn oog op een gegeven moment op dit boek. Ik herkende de titel en kende de schrijver. Er stond mij op een één of andere manier iets bij van het verhaal, hoewel ik het nog niet eerder gelezen heb. Na de achterkant van het boek te hebben gelezen, wist ik het weer. In de derde klas stond in de methode van Nederlands  een fragment uit dit boek. Ik herinnerde me dat ik dit een spannend fragment vond en ook wel wilde weten hoe het af zou lopen. Nu had ik eindelijk de kans om het eens echt te gaan lezen, dus vandaar mijn keuze voor dit boek. Mijn verwachtingen waren door dat ene fragment in de derde klas natuurlijk al wel beïnvloed. Ik verwachtte dus een tamelijk spannend boek dat als een trein zou lezen; die verwachting werd versterkt door het verhaaltje op de achterzijde van het boek, waar een spannende situatie wordt geschetst die eindigt met een vraag waar je als ‘aanstaand lezer’ graag een antwoord zou willen weten. Al deze factoren hebben dus bijgedragen aan de keuze en mijn verwachtingen van dit boek.

 
Motieven en thema

Ik ga niet verzwijgen dat deze vraag voor mij erg makkelijk is. Dat komt niet doordat ik het boek zó goed heb gelezen dat ik in een keer alle motieven en het thema eruit pik, maar doordat dit een ‘Penta Pocket’ is. ‘Penta Pockets’ is een literaire reeks voor scholieren en om de scholieren blijkbaar wat hulp te bieden bij het lezen van het boek, is achterin een aantal pagina’s opgenomen waar het boek besproken wordt. ‘De kroongetuige, in kort bestek’ staat erboven. Daarin staan allerlei dingen die uitleg geven over het boek, zoals de titelverklaring, opbouw, vertelsituatie, personages, thema, motieven enz. Deze kan ik dus eigenlijk gewoon overnemen uit het boek zelf. Aangezien ik er toch weer niet zo makkelijk van af wil komen, zal ik bij de genoemde motieven kort proberen uit te leggen waarom dit een motief is (deze uitleg staat er natuurlijk in het boek niet bij).

 Motieven

-        Kinderloosheid → Het is van beide hoofdpersonen (Leonie en Thomas Kuyper) om kinderen te hebben. Leonie kan echter geen kinderen krijgen en daar wordt gedurende het hele boek op teruggekomen.

-          Moord → Dit motief lijkt me duidelijk. De hele zaak draait om de verdwijning van Jenny Fortuyn, waarvan in eerste instantie wordt verondersteld dat ze vermoord is. Uiteindelijk blijkt dat niet zo te zijn, maar is wel de vrouw van Jenny’s nieuwe liefde (Robert) vermoord.

-          Trouw Ook dit is een belangrijk motief, aangezien er vaak in het boek over wordt gesproken. Zo is Thomas natuurlijk niet trouw aan Leonie door er een soort affaire met Jenny aan over te houden. Leonie blijft in eerste instantie, na zijn arrestatie, Thomas wel trouw; ze gaat zelfs op onderzoek uit om Thomas proberen vrij te pleiten. Ze gelooft in zijn onschuld.

-          Liefde Ook dit motief behoeft niet veel verdere uitleg. De liefde tussen Jenny en Thomas (ook al kun je niet echt spreken van ‘liefde’, het komt immers slechts van één kant), maar ook die tussen Leonie en Thomas staat centraal.

-          Het spiegelbeeld Thomas schrijft als hij in hechtenis zit aan Leonie brieven, waarin hij onder andere uitlegt hoe zijn ‘relatie’ met Jenny tot stand is gekomen. Hij schrijft dat hij haar altijd zag zitten in de weerspiegeling van het raam in de bibliotheek. Later zag hij haar ook nog eens in de weerspiegeling van het water. Hij schrijft dat hij niet zozeer op Jenny zelf verliefd is geworden, maar wel op haar spiegelbeeld. Leonie gelooft hier echter niet zoveel van.

-          Muziek Muziek is vooral voor Leonie erg belangrijk. Ze luistert graag naar Schumann. Thomas vindt Schumann echter helemaal niets en luistert bijvoorbeeld liever naar Verdi. Hier wordt meerdere malen in het boek over gesproken.

-          Het geloof Dit motief vind ik persoonlijk iets minder sterk, maar het speelt toch wel een steeds terugkerende rol in het boek. Thomas is volstrekt ongelovig, maar Leonie is echter christelijk opgevoed en af en toe zoekt ze nog wel eens haar toevlucht in het geloof. Zo ook op de laatste pagina, waar ze nog even een gebedje schiet.

-          Filosofie (Nietzsche) Thomas is nogal geobsedeerd door de filosoof Nietzsche. Meerdere malen worden er in het boek uitgespraken van deze filosoof aangehaald.

Thema
Het huwelijk tussen Thomas en Leonie; er wordt gekeken hoe het huwelijk de verhouding tussen mensen bepaalt.

 
Beoordeling

Schrijfstijl
De schrijfstijl in dit boek is vlot en dus niet al te ingewikkeld. Er vinden relatief veel dialogen plaats, die bijna allemaal gaan over de verdwijning van Jenny Fortuyn. Verder worden er wel gedachten beschreven, maar niet zo veel, en ingewikkeld, als in sommige andere boeken die ik gelezen heb. Er wordt wel weer wat meer aan sfeerbeschrijving gedaan, vooral over planten (en dieren). Dit heeft een logische verklaring: Maarten ’t Hart heeft zelf biologie gestudeerd en weet dus veel over planten en dieren. Hij deelt in sommige stukken graag zijn kennis daarover mee aan de lezer. Een citaat ter illustratie: ‘Alles staat er onverlept bij; inplaats van een gazon strekt zich Leonie’s trots, een blauwe vlakte van ereprijs, uit en naast het al jaren niet meer gebruikte kolenhok bloeit een kornoelje, en tegen de achterschutting woekert de braam, en vlak daarvoor verrijst de cotoneaster en de dubbele Japanse kers. In de border is de sering allang uitgebloeid en heeft eens een blauwe regen gestaan, en inplaats daarvan staat er een bescheiden theeroos, een lichtzinnige aankoop.’ (pagina 45). Deze delen vond ik wat minder interessant, maar ik vond het ook wel weer leuk om te lezen hoe de auteur zijn kennis hierover aan de lezer probeert over te brengen. Het taalgebruik is niet al te lastig en een enorm vocabulaire is dus niet vereist.

 
Inhoud
Vertelperspectief
Het vertelperspectief is in handen van zowel Leonie als Thomas. Er zijn vijf hoofdstukken in totaal. Het eerste hoofdstuk wordt verteld door Thomas, terwijl de laatste twee worden verteld door Leonie. Hoofdstuk drie wordt ook beschreven vanuit het perspectief van Leonie, maar dat komt doordat het haar dagboekverhalen zijn. Hoofdstuk 2 is een briefwisseling tussen Leonie en Thomas. Ik ben positief over de keuze van de vertelperspectieven. Doordat je het eerste hoofdstuk door de ogen van Thomas ziet, geloof je vrijwel direct dat Thomas niets met de verdwijning van Jenny te maken heeft. In de hoofdstukken daarna, veelal verteld door Leonie, begin je weer te twijfelen aan Thomas’ onschuld. We komen zo pas later te weten dat Thomas niet alles heeft verteld over Jenny’s verdwijning. Hij is Jenny bijvoorbeeld achterna gerend, terwijl hij daar in ‘zijn’ hoofdstuk geen woord over rept. Juist deze dingen doen je weer twijfelen over Thomas’ onschuld en dat houdt het spannend.

Ruimte
Het laboratorium waar Thomas werkt, lijkt in het begin allemaal vredig en wel. Na de verdwijning van Jenny is juist deze plaats, een ietwat spannende en mysterieuze plek. De proeven met de ratten bijvoorbeeld, waarbij Lambert eerst insinueert dat Thomas Jenny heeft omgebracht en daarna aan de ratten heeft gevoerd. Deze locatie, een element van ruimte, neemt op deze manier iets gruwelijks met zich mee. Nog gruwelijker wordt het op het moment dat tussen de zeekoeien een vrouw blijkt te drijven. Deze situaties zouden alleen hebben kunnen plaatsvinden in (een soort) laboratorium. De locatie vergroot dus de spanning en dat vind ik erg goed gedaan. Juist dát enigszins gruwelijke geeft een enorm spannend effect aan het verhaal, waardoor je geïntrigeerd raakt en het boek nog sneller uit wilt hebben.

 

Eindoordeel

 

 
 
 

 
Zoals in mijn oordeelbalk te zien is, ben ik zeker positief gestemd over dit boek. Het las als een trein en ik ben mijn aandacht praktisch niet verloren. De spanningsopbouw vond ik erg goed, net als het verhaal, het plot.

 Laat ik beginnen met de spanningsopbouw. Dit boek is een misdaadroman en je mag er dus vanuit gaan dat er een misdaad wordt gepleegd die opgelost dient te worden. Het is dus logisch dat je gaandeweg het boek stukje bij beetje meer informatie krijgt over de dader/motief. Aan het eind vindt dan de onthulling plaats en is het boek uit. Ook dit boek verloopt volgens deze lijnen, maar toch is er een originele draai aan gegeven; het verhaal wordt namelijk uit meerdere perspectieven verteld. Dit maakt het nog spannender, omdat je niet weet wie de exacte waarheid vertelt. De zoektocht van Leonie naar de verdwijning van Jenny was ook spannend om te lezen, omdat je, zoals al eerder gezegd, steeds meer een beeld krijgt van wat er nu precies gebeurd is. Voor mij, en ik denk zeker ook vele anderen met mij, is het absolute ‘spanningshoogtepunt’ het moment waarop Leonie tussen de zeekoeien een vrouw ziet drijven, van wie ze denkt dat het Jenny is. Maarten ’t Hart beschrijft dat als volgt in zijn boek: ‘Bij de laatste naam weet ik dat ik bij de zeekoeachtigen ben aangekomen. Het liefst zou ik nu teruggaan. Maar dat doe ik niet; al wat mij nog rest aan moed heb ik nodig om elke pot met zeekoeien afzonderlijk te bestuderen. Het lijkt net of in al die potten mensen in de troebele alcohol drijven. Eén van de troebele potten in een donkere hoek bevat drie zeekoeien. De derde zeekoe is niet goed te zien, hij wordt afgeschermd door zijn twee soortgenoten die broederlijk naast elkaar in de alcohol hangen. Toch kun je er iets van zien, iets dat zo weinig lijkt op een mens en zoveel op een zeekoe, vooral ook dankzij die bruine troebele alcohol, dat niemand ooit op het idee zal komen om achter die twee zeekoeien te kijken.’ (pagina 133-134). Deze passage lees je in één adem uit, zo spannend is het. Kleine details als ‘in een donkere hoek’ en ‘het lijkt net of er mensen in de troebele alcohol drijven’ geven een goede, spannende sfeerbeschrijving. Over de spanning(sopbouw) in het boek ben ik dus wel lovend.

Ook het verhaal zelf, het plot vind ik erg knap verzonnen. Het hele verhaal rondom de verdwijning van Jenny en uiteindelijk het dode lichaam in de alcohol is niet zomaar iets dat je uit je mouw schudt. Over alle informatie die de lezer krijgt is nagedacht, wat krijgt de lezer wel te lezen en wat niet. En ook is het belangrijk wanneer de kennis over de zaak aan de lezer wordt medegedeeld. Het verzinnen van een verhaal is immers één, maar het bepalen wanneer de lezer bepaalde informatie krijgt is een hele andere zaak, een vak op zich, waarvan ik vind dat de auteur het erg goed heeft gedaan. Je moet dus eerst je verhaal bedenken en dat vervolgens in stukjes hakken. Die stukjes moet je weer aanpassen aan het moment en de situatie. Je moet over zoveel dingen nadenken en daar kan ik alleen maar respect voor hebben. Als voorbeeld geef ik een citaat waarin de verdeling van de informatie goed naar voren komt, en waar ook te zien is dat de auteur goed heeft nagedacht over het moment om deze informatie te vertellen: ‘En schuin daarachter zag ik iets dat nog veel verbazingwekkender was: daar stond een kopje waarin precies dezelfde wonderlijke configuratie van theebladeren en groen opgedroogde thee te zien was als in dat enige kopje dat Lambert bij ons thuis had gedronken.’ (pagina 99). Je komt hier te weten dat Lambert, de rechercheur, al contact met Jenny had, voordat ze verdwenen was. Deze ontdekking van Leonie geeft weer een heel andere wending aan het verhaal, daar de rechercheur persoonlijk betrokken blijkt te zijn. Al die clous zijn zo verdeeld over het verhaal dat de spanning volledig wordt teruggebracht, als die weer een beetje begint weg te zakken. Hierbij speelt dus ook weer het onderdeel spanning, waar ik het net al uitgebreid over gehad heb, een grote rol.

 Dat mijn verwachtingen eigenlijk wel overeenkomen met mijn mening over dit boek, komt vooral doordat ik juist het gedeelte van de vrouw in de alcohol in klas drie al gelezen had. Het spanningshoogtepunt, zoals ik dat eerder noemde, had ik dus nog ergens in mijn achterhoofd (ook al wist ik er voordat ik ging lezen er niets meer van). Op het onderdeel spanning is mijn verwachting dus uitgekomen; ik vond het boek erg spannend. Ook de reactie die ik daarop als gevolg gaf, dat het boek als een trein zou lezen, is ook uitgekomen. Doordat mijn verwachtingen dus al een beetje beïnvloed waren, komen ze wel overeen met mijn mening over het boek.

 Al met al vond ik het dus een erg leuk en spannend boek om te lezen. Voor iedereen die houdt van detectives/misdaadromans kan ik dit boek zeker aanbevelen!

 
Bronnen

Ik heb eigenlijk alleen bronnen gebruikt voor het gedeelte ‘algemene informatie’. Bij de rest was het niet echt van toepassing. De aantekening moet nogmaals gemaakt worden dat achterin het boek een soort bespreking van het boek is opgenomen, wat als bron zou kunnen worden beschouwd. Ik heb echter, en ik hoop dat dat u ook duidelijk is, er veel aan gedaan om het daaruit niet letterlijk over te nemen, maar er enige toelichting bij te geven, zodat het toch een soort ‘eigen’ is. Deze informatie heb ik overigens alleen gebruikt voor het onderdeel ‘motieven en thema’. De overige bronnen die ik gebruikt heb, zijn:

http://www.scholieren.com/boekverslag/42513 (voor de samenvatting) http://www.lezenvoordelijst.nl/zoek-een-boek/nederlands-15-tm-19-jaar/d/de-kroongetuige/ (voor het genre)

Marc de Mik
5B