Boekverslag 1, Marc de Mik 5B
Leesverslag algemeen
Algemene
informatie
Standaardtitelbeschrijving
·
Titel: De kroongetuige
·
Auteur: Maarten ’t Hart
·
Uitgave: Wolters Noordhoff ‘Penta Pocket’,
Groningen 2000
·
Druk: 1983
·
Pagina’s: 207 (223 incl. bijlage)
Misdaadroman (’t Hart zelf noemt het een huwelijksroman)
Samenvatting
Leonie en Thomas Kuyper hebben een kinderloos huwelijk.
Vooral Leonie lijdt daaronder. Eind juli logeert ze een week bij haar moeder om
een beroemde gynaecoloog uit haar geboortestad te consulteren. In die week gaat
Thomas veel uit met Jenny Fortuyn, een meisje uit de bibliotheek met wie hij
daarvoor al kennis gemaakt had. Na hun laatste avond verdwijnt zij spoorloos.
Kuyper krijgt op het laboratorium (hij doet daar dierproeven) bezoek van de
inspecteurs Lambert en meuldijk. Later komt Lambert ook bij hem thuis. De
aanwijzingen van Kuypers betrokkenheid stapelen zich op en het politieonderzoek
eindigt met zijn arrestatie. Men vermoedt, dat hij Jenny gedood heeft en door
de ratten heeft laten opeten.
In een brief bekent Thomas aan Leonie zijn verliefdheid
op het meisje; hij zegt dat hij vooral onder de indruk was van haar
spiegelbeeld. Hij vertelt, dat hij op haar kamer boven de bibliotheek ook haar
vriend Robert ontmoet hij naar Amerika vertrok. Leonie, die overtuigd is van
Thomas' onschuld, veronderstelt in een antwoordbrief, dat Jenny met Robert is
meegegaan.
In een dagboek noteert Leonie haar wedervaren sinds
Thomas' arrestatie. Ze wil bewijzen, dat haar man niets met de moord te maken
heeft, en gaat daartoe zelf op onderzoek uit. Daarbij wordt ze voortdurend
gepijnigd door de gedachte, dat Thomas wellicht met Jenny naar bed geweest. Ze
kan dat nauwelijks accepteren. Ze bezoekt de man die tegenover het laboratorium
woont en die beweert, dat Thomas en Jenny die nacht samen naar binnen zijn
gegaan en dat hij alleen naar buiten gekomen is. Ze komt in aanraking met
Jenny' s vriendin, die vertelt, dat Jenny met iedereen vrijde op wie ze maar
een beetje viel. Echt dol was ze echter op Robert. Met Thomas was ze zeker niet
naar bed geweest, maar ze wilde wel iets van hem; ze kon hem ergens voor
gebruiken. Leonie ontdekt tijdens dit bezoek aan de vriendin ook dat inspecteur
lambert Jenny al gekend moet hebben voor het onderzoek naar haar verdwijning
begon. Hierna heeft ze een gesprek met de oude buurvrouw van Robert en diens
vrouw, die volhoudt, dat het sneeuwde, toen de twee vertrokken. Tijdens een
gesprek met Lambert - hij deelt haar mee, dat de kleren van Jenny in het
laboratorium teruggevonden zijn - moet ze opeens denken aan een filmpje dat
Thomas vroeger met zijn jaargenoten gemaakt heeft: 'moord in het museum'. Naar
aanleiding daarvan gaat ze de volgende dag in het laboratorium op onderzoek
uit. In een grote pot waarin twee zeekoeien - dieren die een wonderlijke
gelijkenis met mensen vertonen - op alcohol worden bewaard, bevindt zich ook
het lichaam van de vrouw. Leonie moet nu wel aannemen, dat Thomas schuldig is.
Tijdens het proces blijkt het getuigenis van de kroongetuige - de man tegenover
het laboratorium - op niets te berusten. Thomas wordt een paar weken later dan
ook vrijgesproken.
Eenmaal thuis hoort hij van Leonie over de vrouw in de
pot. Hij bezweert haar, dat ze zich vergist moet hebben. Dat blijkt niet zo te
zijn, maar het lichaam is niet van Jenny, maar van de vrouw van Robert. Robert
en Jenny hebben haar omgebracht en haar lijk tussen de zeekoeien verborgen.
Daarna zijn ze waarschijnlijk samen naar Amerika vertrokken. Aan het eind van
de roman zijn veel raadsels opgelost: Thomas' voortdurend zwijgt, Lamberts
betrokkenheid bij Jenny, de 'sneeuw' is augustus, datgene waar Jenny Thomas
voor nodig had. Toch is niet ieder detail tot klaarheid gekomen. Op het
psychologische vlak blijven er genoeg raadsels over om van een min of meer open
einde te kunnen spreken.
Verwachtingen
Toen ik een boek ging uitzoeken voor dit boekverslag,
viel mijn oog op een gegeven moment op dit boek. Ik herkende de titel en kende
de schrijver. Er stond mij op een één of andere manier iets bij van het
verhaal, hoewel ik het nog niet eerder gelezen heb. Na de achterkant van het
boek te hebben gelezen, wist ik het weer. In de derde klas stond in de methode
van Nederlands een fragment uit dit
boek. Ik herinnerde me dat ik dit een spannend fragment vond en ook wel wilde
weten hoe het af zou lopen. Nu had ik eindelijk de kans om het eens echt te
gaan lezen, dus vandaar mijn keuze voor dit boek. Mijn verwachtingen waren door
dat ene fragment in de derde klas natuurlijk al wel beïnvloed. Ik verwachtte
dus een tamelijk spannend boek dat als een trein zou lezen; die verwachting
werd versterkt door het verhaaltje op de achterzijde van het boek, waar een
spannende situatie wordt geschetst die eindigt met een vraag waar je als ‘aanstaand
lezer’ graag een antwoord zou willen weten. Al deze factoren hebben dus
bijgedragen aan de keuze en mijn verwachtingen van dit boek.
Ik ga niet verzwijgen dat deze vraag voor mij erg
makkelijk is. Dat komt niet doordat ik het boek zó goed heb gelezen dat ik in
een keer alle motieven en het thema eruit pik, maar doordat dit een ‘Penta
Pocket’ is. ‘Penta Pockets’ is een literaire reeks voor scholieren en om de
scholieren blijkbaar wat hulp te bieden bij het lezen van het boek, is achterin
een aantal pagina’s opgenomen waar het boek besproken wordt. ‘De kroongetuige,
in kort bestek’ staat erboven. Daarin staan allerlei dingen die uitleg geven
over het boek, zoals de titelverklaring, opbouw, vertelsituatie, personages,
thema, motieven enz. Deze kan ik dus eigenlijk gewoon overnemen uit het boek
zelf. Aangezien ik er toch weer niet zo makkelijk van af wil komen, zal ik bij
de genoemde motieven kort proberen uit te leggen waarom dit een motief is (deze
uitleg staat er natuurlijk in het boek niet bij).
- Kinderloosheid → Het is van beide hoofdpersonen
(Leonie en Thomas Kuyper) om kinderen te hebben. Leonie kan echter geen
kinderen krijgen en daar wordt gedurende het hele boek op teruggekomen.
-
Moord → Dit motief lijkt me duidelijk. De
hele zaak draait om de verdwijning van Jenny Fortuyn, waarvan in eerste
instantie wordt verondersteld dat ze vermoord is. Uiteindelijk blijkt dat niet
zo te zijn, maar is wel de vrouw van Jenny’s nieuwe liefde (Robert) vermoord.
-
Trouw → Ook dit is een belangrijk
motief, aangezien er vaak in het boek over wordt gesproken. Zo is Thomas
natuurlijk niet trouw aan Leonie door er een soort affaire met Jenny aan over
te houden. Leonie blijft in eerste instantie, na zijn arrestatie, Thomas wel
trouw; ze gaat zelfs op onderzoek uit om Thomas proberen vrij te pleiten. Ze
gelooft in zijn onschuld.
-
Liefde → Ook dit motief behoeft niet
veel verdere uitleg. De liefde tussen Jenny en Thomas (ook al kun je niet echt
spreken van ‘liefde’, het komt immers slechts van één kant), maar ook die
tussen Leonie en Thomas staat centraal.
-
Het spiegelbeeld → Thomas schrijft als hij in
hechtenis zit aan Leonie brieven, waarin hij onder andere uitlegt hoe zijn ‘relatie’
met Jenny tot stand is gekomen. Hij schrijft dat hij haar altijd zag zitten in
de weerspiegeling van het raam in de bibliotheek. Later zag hij haar ook nog
eens in de weerspiegeling van het water. Hij schrijft dat hij niet zozeer op
Jenny zelf verliefd is geworden, maar wel op haar spiegelbeeld. Leonie gelooft
hier echter niet zoveel van.
-
Muziek → Muziek is vooral voor Leonie
erg belangrijk. Ze luistert graag naar Schumann. Thomas vindt Schumann echter
helemaal niets en luistert bijvoorbeeld liever naar Verdi. Hier wordt meerdere
malen in het boek over gesproken.
-
Het geloof → Dit motief vind ik
persoonlijk iets minder sterk, maar het speelt toch wel een steeds terugkerende
rol in het boek. Thomas is volstrekt ongelovig, maar Leonie is echter
christelijk opgevoed en af en toe zoekt ze nog wel eens haar toevlucht in het
geloof. Zo ook op de laatste pagina, waar ze nog even een gebedje schiet.
-
Filosofie (Nietzsche) →
Thomas is nogal geobsedeerd door de filosoof Nietzsche. Meerdere malen worden
er in het boek uitgespraken van deze filosoof aangehaald.
Thema
Het huwelijk tussen Thomas en Leonie; er wordt gekeken
hoe het huwelijk de verhouding tussen mensen bepaalt.
Schrijfstijl
De schrijfstijl in dit boek is vlot en dus niet al te
ingewikkeld. Er vinden relatief veel dialogen plaats, die bijna allemaal gaan
over de verdwijning van Jenny Fortuyn. Verder worden er wel gedachten
beschreven, maar niet zo veel, en ingewikkeld, als in sommige andere boeken die
ik gelezen heb. Er wordt wel weer wat meer aan sfeerbeschrijving gedaan, vooral
over planten (en dieren). Dit heeft een logische verklaring: Maarten ’t Hart heeft
zelf biologie gestudeerd en weet dus veel over planten en dieren. Hij deelt in
sommige stukken graag zijn kennis daarover mee aan de lezer. Een citaat ter
illustratie: ‘Alles staat er onverlept bij; inplaats van een gazon strekt zich
Leonie’s trots, een blauwe vlakte van ereprijs, uit en naast het al jaren niet
meer gebruikte kolenhok bloeit een kornoelje, en tegen de achterschutting
woekert de braam, en vlak daarvoor verrijst de cotoneaster en de dubbele
Japanse kers. In de border is de sering allang uitgebloeid en heeft eens een
blauwe regen gestaan, en inplaats daarvan staat er een bescheiden theeroos, een
lichtzinnige aankoop.’ (pagina 45). Deze delen vond ik wat minder interessant,
maar ik vond het ook wel weer leuk om te lezen hoe de auteur zijn kennis
hierover aan de lezer probeert over te brengen. Het taalgebruik is niet al te
lastig en een enorm vocabulaire is dus niet vereist.
Inhoud
VertelperspectiefHet vertelperspectief is in handen van zowel Leonie als Thomas. Er zijn vijf hoofdstukken in totaal. Het eerste hoofdstuk wordt verteld door Thomas, terwijl de laatste twee worden verteld door Leonie. Hoofdstuk drie wordt ook beschreven vanuit het perspectief van Leonie, maar dat komt doordat het haar dagboekverhalen zijn. Hoofdstuk 2 is een briefwisseling tussen Leonie en Thomas. Ik ben positief over de keuze van de vertelperspectieven. Doordat je het eerste hoofdstuk door de ogen van Thomas ziet, geloof je vrijwel direct dat Thomas niets met de verdwijning van Jenny te maken heeft. In de hoofdstukken daarna, veelal verteld door Leonie, begin je weer te twijfelen aan Thomas’ onschuld. We komen zo pas later te weten dat Thomas niet alles heeft verteld over Jenny’s verdwijning. Hij is Jenny bijvoorbeeld achterna gerend, terwijl hij daar in ‘zijn’ hoofdstuk geen woord over rept. Juist deze dingen doen je weer twijfelen over Thomas’ onschuld en dat houdt het spannend.
Ruimte
Het laboratorium waar Thomas werkt, lijkt in het begin
allemaal vredig en wel. Na de verdwijning van Jenny is juist deze plaats, een
ietwat spannende en mysterieuze plek. De proeven met de ratten bijvoorbeeld,
waarbij Lambert eerst insinueert dat Thomas Jenny heeft omgebracht en daarna
aan de ratten heeft gevoerd. Deze locatie, een element van ruimte, neemt op
deze manier iets gruwelijks met zich mee. Nog gruwelijker wordt het op het
moment dat tussen de zeekoeien een vrouw blijkt te drijven. Deze situaties
zouden alleen hebben kunnen plaatsvinden in (een soort) laboratorium. De
locatie vergroot dus de spanning en dat vind ik erg goed gedaan. Juist dát enigszins
gruwelijke geeft een enorm spannend effect aan het verhaal, waardoor je
geïntrigeerd raakt en het boek nog sneller uit wilt hebben.
Eindoordeel
|
|
|
Ook het verhaal zelf, het plot vind ik erg knap
verzonnen. Het hele verhaal rondom de verdwijning van Jenny en uiteindelijk het
dode lichaam in de alcohol is niet zomaar iets dat je uit je mouw schudt. Over
alle informatie die de lezer krijgt is nagedacht, wat krijgt de lezer wel te
lezen en wat niet. En ook is het belangrijk wanneer de kennis over de zaak aan
de lezer wordt medegedeeld. Het verzinnen van een verhaal is immers één, maar
het bepalen wanneer de lezer bepaalde informatie krijgt is een hele andere
zaak, een vak op zich, waarvan ik vind dat de auteur het erg goed heeft gedaan.
Je moet dus eerst je verhaal bedenken en dat vervolgens in stukjes hakken. Die
stukjes moet je weer aanpassen aan het moment en de situatie. Je moet over
zoveel dingen nadenken en daar kan ik alleen maar respect voor hebben. Als
voorbeeld geef ik een citaat waarin de verdeling van de informatie goed naar
voren komt, en waar ook te zien is dat de auteur goed heeft nagedacht over het
moment om deze informatie te vertellen: ‘En schuin daarachter zag ik iets dat
nog veel verbazingwekkender was: daar stond een kopje waarin precies dezelfde
wonderlijke configuratie van theebladeren en groen opgedroogde thee te zien was
als in dat enige kopje dat Lambert bij ons thuis had gedronken.’ (pagina 99).
Je komt hier te weten dat Lambert, de rechercheur, al contact met Jenny had,
voordat ze verdwenen was. Deze ontdekking van Leonie geeft weer een heel andere
wending aan het verhaal, daar de rechercheur persoonlijk betrokken blijkt te
zijn. Al die clous zijn zo verdeeld over het verhaal dat de spanning volledig
wordt teruggebracht, als die weer een beetje begint weg te zakken. Hierbij
speelt dus ook weer het onderdeel spanning, waar ik het net al uitgebreid over
gehad heb, een grote rol.
Ik heb eigenlijk alleen bronnen gebruikt voor het
gedeelte ‘algemene informatie’. Bij de rest was het niet echt van toepassing.
De aantekening moet nogmaals gemaakt worden dat achterin het boek een soort
bespreking van het boek is opgenomen, wat als bron zou kunnen worden beschouwd.
Ik heb echter, en ik hoop dat dat u ook duidelijk is, er veel aan gedaan om het
daaruit niet letterlijk over te nemen, maar er enige toelichting bij te geven,
zodat het toch een soort ‘eigen’ is. Deze informatie heb ik overigens alleen
gebruikt voor het onderdeel ‘motieven en thema’. De overige bronnen die ik
gebruikt heb, zijn:
http://www.scholieren.com/boekverslag/42513 (voor de samenvatting) http://www.lezenvoordelijst.nl/zoek-een-boek/nederlands-15-tm-19-jaar/d/de-kroongetuige/ (voor het genre)
Marc de Mik
5B